Dimanche de planche

Mijn papa houdt van gezellig samen zijn met familie, maar dan moet er wel een beetje gedold worden. En dus komen er verhaaltjes. Liefst over dingen die wij niet meteen begrijpen. Dan moeten we raden. Zo ook over planken zondag.

Dat is, vertelt hij dan na een tijdje glunderend, een zondag waarop je wel netjes en zo moest doen en naar de mis moest, maar waarop je geen zakgeld kreeg. Dat hij volgens andere verhalen überhaupt nooit zakgeld kreeg - want wat je nodig had haalde je uit de eierschaal - vergeten hij en wij voor het gemak even.

De uitdrukking is niet zo weid verspreid. De zoekmachine geeft minder dan 500 hits en die gaan lang niet allemaal over een echte planken zondag. Blijkbaar kun je best wel wat zinnen maken waarin 'zondag' na 'planken' komt. Zoals: "De zanger viert vijftig jaar op de planken zondag met een jubileumconcert"

Maar nu is ook de verspreiding in Frankrijk in gang gezet. We arriveerden namelijk op een Dimanche de planche, en dan krijg je niet alleen geen zakgeld maar ook moeilijk te eten. Veel restaurantjes zijn dicht. Een goede aanleiding om bij onze gastvrouw dit begrip te introduceren.

Kill your darlings

Het klinkt snobbistisch en werd langdradig. Het was voor mij heel leuk, maar het verhaaltje werd dat niet. Dus dit is mijn manier om het toch te vertellen, want nu zijn jullie vast nieuwsgierig en heb ik een excuus: Het was het begin van een blogje over waarom ik een ritje naar Frankrijk om champagne te kopen niet echt een vakantie vond en dat het dat toch al snel bleek te zijn.

De obers die (slim als ze zijn) ons complimenteren met ons Frans. Het restaurantje dat van buiten op een iets veredelde MacDo lijkt en veel meer dan dat is, inclusief champagnes in overvloed op de kaart. De warme ontvangst in langzaam Frans dat- als ze eenmaal op dreef is- toch weer rapide wordt en weer terug naar langzaam gaat als ze ziet dat ze ons kwijt is. Het voelt als vakantie en een beetje als thuis komen (nooit gedacht dat dat bij elkaar zou kunnen passen).

Sluis

Lekker brak. Net iets te veel gedronken op een mooie avond. Dus je bent brak, maar – o geluk- niet beroerd. Als je niet te veel van jezelf vraagt, gaat het allemaal best. Niet te veel bewegen, langzaam denken, sloom nagenieten.

Zo’n kater heb ik nu dus ook. Niet van de drank, maar van wat ik gisteren allemaal gehoord, gezien en gedacht heb. Niet overstroomd, maar wel hoogwater. Net iets te veel voor normale verwerking. Ik kon niet slapen, laat staan dromen. Gelukkig is daar vandaag. De sluis gaat op een kiertje.

Met andere woorden

Lekker schuiven met letters en woorden naar aanleiding van een wedstrijdje Six Word Story. In volgorde van opkomst:
  • Ze leefden nog bang en gebrekkig (ook gevonden via google bij Terneuzenaar, maar de link werkt niet)
  • Ze leefden toch bang en oppervlakkig
  • Ze leefden nog yang en yinnig
  • Ze leefden al lang gelukkig
  • Ze leefden al naargelang en gelukkig
  • Ze leefden nog lang en hardnekkig
  • Ze leefden nog lang en doodongelukkig (ook gevonden bij karinoldeweghuis.wordpress.com/2017/08/)
  • Ze leefden nog laks en oppervlakkig
  • Ze leefden nog ruk en langdradig
  • Ze leefden nog laf en nukkig.
Yang en yinnig vind ik het leukst, denk ik.



Koning Bhumibol hield van Sjakkie

Mijn vader vertelde het vorig jaar. Toen hij nog op school zat, mocht (en dat was toen een beetje hetzelfde als moest) hij op een dag zwaaien. Daar stond hij met een vlaggetje met zijn klasgenootjes langs de kant van de weg. Eerst wachtend en toen zwaaiend, zwaaiend naar een auto die door het dorp reed.

Een auto was toen nog bijzonder. In de auto koning ‘Boemibol’. Dat was op meerdere manieren bijzonder: dat het een koning was, die naam natuurlijk en het hele verre land waar hij vandaan kwam. Maar het allerbijzonderst was misschien wel de reden: Koning Bhumibol reed daar omdat hij zo van Sjakkie hield. Sjakkie was geen jongetje, Sjakkie was broodbeleg. Zoet, vet en plakkerig. Het werd gemaakt in een dorp iets verderop en daar ging Bhumibol naartoe.

Een koning op staatsbezoek vanwege caramelpasta. Dat maakte indruk op mijn vader, en op mij.

"Zij heeft mij goede tips van de hand gedaan"

Ik houd van taalverhaspelingen. Dus als ik er een hoor of maak, zet ik hem op dit blogje. Voor een kleine of grote glimlach.

"Daar kun je vraagtekens bij stellen"

Ik houd van taalverhaspelingen. Dus als ik er een hoor of maak, zet ik hem op dit blogje. Voor een kleine of grote glimlach.

"De grote rode lijn van het verhaal"

Ik houd van taalverhaspelingen. Dus als ik er een hoor of maak, zet ik hem op dit blogje. Voor een kleine of grote glimlach.

Oera Linda

Oera Linda is een boek waarvan we nog steeds niet zeker weten wie het geschreven heeft en waarom, terwijl 'we' dat wel graag willen weten. Een soort cold case van 150 jaar oud.
Het intrigeert me, ook omdat het geschreven zou zijn om aan te tonen dat je de bijbel niet letterlijk als het woord van god moet zien en het vervolgens onbedoeld ingelijfd werd door levensbeschouwelijke stromingen.
Morgen ga ik naar een lezing over Oera Linda. Ik heb er zin in.

Zebrapad

Ik bedenk nu pas dat dit een soort zebrapad is.
(bron plaatje: justanswer.com)

Vergeten

Vandaag zouden de mannen van Heijmans een nieuw begin maken na hun onaangekondigde, valse start van afgelopen maandag. Ze moesten al opboksen tegen de herinnering aan het perfect communicerende en servicegerichte Boskalis.

Ik strikte mijn veters om boodschappen te gaan doen en keek naar buiten. Een oranje hesje en een blauwe hoodie zaten ineengedoken koffie te roken. Hmmm. Ik deed de deur open. De hoodie stond net op. "Goedemorgen lieverd"

Oké, vergeten is de valse start :)



Bruggenbouwer

Kees Driehuis heeft het nog niet afgeleerd, sterker nog, hij is explicieter geworden:

"Er is een revival rond Harry Bannink, en dat heeft niets met de volgende categorie te maken."

Ik vind die niet-bestaande bruggetjes die hij maakt zo mooi. Hij creëert gewoon iets uit niets.
Ik ga weer vaker televisie kijken.

Klassiek en Mickey Mouse

Ik kwam een mooi gedicht tegen en heb naar aanleiding daarvan de negende symfonie van Mahler opgezocht. Ik ben niet zo bekend met klassieke muziek, maar kan er soms erg van genieten. Ik merk dan vaak (als ik dat soms doe :) ) dat mijn belangrijkste ervaringen met klassieke muziek bestond uit de muziek bij tekenfilms. De muziek roept een sluipende Mickey Mouse op, even later houdt Mickey dreigend een pan omhoog om een boef op zijn kop te slaan, en bijvoorbeeld ook de idyllische disneyvogeltjes fladderen door mijn hoofd.

Smokey

Kleine fantasie: dat mijn boekencollectie later beroemd is, en dat ze de boeken dan niet alleen herkennen aan mijn ex libris, maar vooral aan de rook die erin getrokken is. Heb er vandaag zo hard aan gewerkt dat ik het er warm van kreeg. 

Gevaarlijk gezellig

Ziet er gezellig uit zo, maar dat roze spul moet je toch echt niet bij je eten gooien.

Frank Westerman

"Schrijven is weglaten" en even later, met geestdrift in zijn stem en zijn hele motoriek "Je hebt al zo veel, het is zo mooi. Je hoeft er niet iets bij te halen."

We zijn echt wel lief

Dat ik er tot twee keer toe niet aan toe kom om iemand te helpen. Daar word ik blij van.

Ik zag een oude meneer gebogen over zijn rollator naar de lift lopen. Er prijkte een grote defect-sticker op het raam. Ik bracht mijn fietsje naar boven en draaide me om om te kijken of ik de meneer naar boven kon helpen. Een meisje was me voor. Ze moest de meneer er nog wel even van overtuigen dat ze de rollator best in haar eentje kon dragen. Hij hoefde niet geholpen te worden met traplopen, vond hij zelf. Enigszins twijfelend heb ik dat maar gerespecteerd.

Het meisje moest een andere trein hebben en ik kon al mijn hulpvaardigheid kwijt bij het helpen instappen. Gelukkig maar, want toen ik me bij het uitstappen omdraaide nadat ik mijn fietsje neer had gezet, hielp iemand anders hem alweer uitstappen.

Komen in

"De meubels komen in neutrale kleuren ..." Komen? Waar gaan ze heen dan?
Ik zie de constructie vaker en ik vind hem raar. (En neutrale kleuren vind ik saai.)

Nieuwsgierig

Nieuwsgierig is de leukste vorm van gierig.

Ik wist dus niet dat ...

... Soldaat van Oranje, Erik Hazelhoff, al schrijver was vóór hij verzetsstrijder was. Een paar dagen geleden trok ik Rendez-vous in San Francisco uit de kast. Toen ik het erin zette dacht ik dat het over een periode na de oorlog zou gaan, maar het 'speelt' en is geschreven voor de oorlog.
Ik weet niet precies waarom, maar ik werd er blij van. Ik ben net begonnen in het boek en het lijkt me erg leuk. Als ik het goed begrepen heb, balanceert hij tussen echt gebeurd en verzonnen. Ik ben nieuwsgierig.

Deptember

De kruidnoten liggen koud en te vroeg in de supermarkt en ik lijk al in de kerststemming te zijn. Of toch eerder de sinterklaasstemming?


Duimpje

Ik zit in ons bibliotheekje een beetje te schrijven. Niet aan mijn bureautje, maar op een lekkere stoel met vol uitzicht op buiten en andersom. Er komt een grote groep 'stadswandelaars' aan. Ze blikken uitgebreid naar binnen, naar de boeken, naar de balustrade op de galerijtjes (oh nog meer boeken), naar de 3d-printer, naar mij. Ik vind dat soms een beetje ongemakkelijk, maar ik vind het vooral leuk en heb me aangewend dat laatste te laten zien, dus ik glimlach naar de turende gezichten. Ik krijg dit keer weinig contact, soms gaat dat zo, dus ik kijk weer op mijn laptopje. Tot er iemand flink op het raam klopt. Hij steekt zijn duim op en lacht uitgebreid. Ik lach terug. Heerlijk.
Ik twijfel wat ik tot nu toe het leukste vind aan vandaag. Dat ik bijna de hele dag met mijn blogs bezig geweest ben: schrijven en wat research. Of dat ik eindelijk het geluksmantelpakje van opposuits heb besteld. Als schrijfster van dit blog is dat toch een soort bedrijfskleding :)

Episch

Episch heeft voor mij een positieve connotatie. Maar nadat onze premier dit mooie woord gebruikte in relatie tot orkaan Irma, wist ik het niet meer zo zeker. Ik heb het opgezocht en in elke betekenis komt het woord held (in een samenstelling) voor. Nou wordt er hier en daar wat getwijfeld aan de positieve bijdragen van bijvoorbeeld onze zeehelden, maar ik vind held voorlopig nog een positief woord, net als episch.

Een creatieve taalgebruiker is het, die meneer Rutte. Kneiterig komt niet voor in mijn Van Dale. Die is gedateerd, ik geef het toe. Ewoud Sanders schreef in 2001 al een artikel over 'kneiter'. Als, toen nog, student had ik blijkbaar moeten weten dat het 'gierigaard' betekent (onder andere). Het staat trouwens ook niet op (in?) vandale-online wel in De Woordenlijst.


Eerherstel voor blauw

Er is blijkbaar iets met blauwe zones waar mensen lang leven. Dat had ik gemist (tip: veel bonen eten). En nu blijken er ook blauwe zones te zijn waar mensen gelukkig zijn. (tip: gezondheid). Wij eten vanavond chili (want dat is gezond en van gezond word je gelukkig). Er zijn meer tips, maar dit was een makkelijk hulpje voor de dagelijks terugkerende vraag.

Kijk dat filmpje. Als je weinig tijd hebt en je kunt je goed concentreren, begin dan op vijf minuten en zet de snelheid op 1,5 dat is volgens mij nog net te doen.


Strijkplankproducenten en dekbedovertrekontwerpers

Waarom zijn de strijkplanken die ik ken toch allemaal net te klein om een 1-persoonsdekbedovertrek te strijken? Ik weet dat er andere manieren zijn om je dekbed kreukelvrij op je bed te krijgen maar daar gaat het me even niet om. Is er een soort vete tussen strijkplankproducenten en dekbedovertrekontwerpers waardoor ze niet tot standaardisering komen en waar wij de dupe van zijn?

Overigens is er één uitzondering: de strijkplank die mijn vader zelf heeft gemaakt. Sinds hij verantwoordelijk is voor het huishouden, pakt hij ook dit soort dingen aan. Mijn papa kan alles!

Zonnevlekken

De ramen zijn vies. Ik ziet het doordat de zon schijnt.

Je moet de zon door het vuil kunnen zien schijnen.
Elke vlek heeft een gouden randje.
Achter de vlekken schijnt de zon

En als straks de zon misschien weg is dan mis ik de warmte, maar heb ik weer schone ramen.
Werkende mensen verwaarlozen echt de rest van hun leven.

Dat klinkt als een veroordeel en zo is het niet bedoeld. Het is meer een verbazingspunt, ook over mezelf.

Lekker ontbijt


Omdat het kan en omdat het lekker is. Verwen jezelf.
"Turn left." Mijn telefoon roept het luid en overtuigd. Ik ben verbaasd en kijk op mijn schermpje (ondertussen denkend aan hoe mijn vader vroeger in de auto al sturend de kaart las die bij mijn moeder op schoot lag - ik zit nu overigens op de fiets).

De blauw gekleurde route maakt inderdaad een scherpe hoek naar links. Maar, in het grijs, met kleine letters - alsof het gefluisterd wordt- , staat aangegeven dat als ik rechtdoor rijd, ik tien minuten faster ben (ssst) Ik weet niet of ik blij moet zijn dat ik dat 'ontdekt' heb of dat ik boos moet zijn omdat het ding me blijkbaar om laat fietsen als ik niet uitkijk.
Blij is de betere keuze, maar de kleine vertrouwenshaarscheur tussen google maps en mij wordt weer iets groter.
Ik spreek een hartig woordje met god. “Ik heb er genoeg van. Zo kan het niet langer. Maak het beter!” Hij buigt zijn hoofd en ik meen te zien dat hij knikt.
Ik realiseer me hoe wanhopig ik ben als ik dit verzin. Ik vecht niet tegen de tranen, maar ze komen uiteindelijk toch niet.

Spelen met snikken

Twitter is best leuk als je er een tijdje niet geweest bent en het niet te serieus neemt.

Zo kwam ik er laatst een leuke hashtag tegen #verpesteenboekmeteenletter (dankzij Jerry Hormone) en ik ben meteen even aan de slag gegaan met de titel die me op het moment het meeste bezig houdt (door de aankomende Piet Paaltjens Parade):
  1. Snikken en glimlachjes
  2. Snakken en grimlachjes
  3. Snikken en gramlachjes
  4. Slikken en grimlachjes
  5. Snikken en gromlachjes
  6. Sikken en grimlachjes
  7. Knikken en grimlachjes
  8. Snikken en trimlachjes
  9. Snikkel en grimlachjes
  10. Snikken en rimlachjes
  11. Stikken in grimlachjes
Waarbij de elfde onder de hashtag #verpesteenboekmeteenletteroftwee valt (en dan zou je 9 en 10 ook nog leuk kunnen combineren, maar zo ben ik niet), en de eerste de echt verpestende titel is.

Boffen

O, o, wat vind ik het moeilijk om het etymologisch woordenboek (van Van Dale) te lezen. Ik was benieuwd waar het woord 'boffen' vandaan komt en of het een gemeenschappelijke oorsprong heeft met het woord 'bof' voor de kinderziekte. Ik kan me herinneren dat ik het maar gek vond dat dat de bof heette. Ik vond dat ik helemaal niet bofte toen ik dat had.

Dus zocht ik het op in de Dikke Van der Sijs. Daar staat:

bof [slag, kinderziekte, buitenkans] <bof(fe) [dik gezicht, verbreking van koop] 1327; als 'buitenkans' 1891 > klanknabootsend gevormd (vgl. boffen).

boffen [met een slag neerkomen, geluk hebben, koop breken] <1415 in de betekenis 'een koop verbreken'; de betekenis 'geluk hebben' 1866, buffen [met een klap neerkomen] 1477, boffen [geluk hebben] 1866 > van bof [slag, klap]; de betekenis ontwikkelde zich van 'klap als handeling of gewaarwording, een slag die ergens naar geslagen wordt' (op de wilde bof [zonder bepaald doel of overleg]) tot 'gelukje, treffer'; klanknabootsende vorming.

En dat hielp me geen steek verder. Nou ja, een klein steekje of twee: 'bof' als het geluid van een slag, dat kan ik me nog voorstellen. En als je een slag ergens naar staat, dan heb je wat geluk nodig. Kan ik nog net volgen. En hoort die slag dan ook bij het verbreken van koop? Dat het met een slag bekrachtigd wordt?

Misschien dat ik komende dagen de 57 pagina's uitleg in mijn zilveren Van Dale ga lezen. Misschien. En dan probeer ik het hier uit te leggen. Kort.

Slepende kwestie

"Ik woonde op Curaçao en we gingen duiken naar Tuktuk-boot" hoor ik zojuist iemand bij De Slimste Mens zeggen. Lijkt me sterk. Op Curaçao heb je geen tuktuks, wel sleepboten.
Tugboat is een leuke snorkel- en duiklocatie. Goede herinneringen. Misschien dat ik binnenkort een eigen foto opduik. Op google zijn er overigens genoeg van anderen te vinden.

Olie

"Een druppel olie op de gloeiende plaat." Ik las het in een interview in de Metro.

Tja, warme olie verspreidt zich inderdaad sneller dan koude olie dus niet eens zo slecht gedacht als je op een sneeuwbaleffect (om maar eens iets te noemen wat je ook op een gloeiende plaat zou kunnen gooien) hoopt. En mocht de plaat te heet zijn, heb je in ieder geval nog de rooksignalen.

Ik heb olievlek nog even opgezocht. Naast veel adviezen over hoe zo'n vlek te verwijderen, vond ik op Onze Taal iets wat ik nog niet wist:

"Olie op de golven gieten betekent dat er iets wordt gezegd of gedaan om anderen rustiger te maken, om een verhitte stemming wat te laten afkoelen.
Het is een uitdrukking uit de scheepvaart. Vroeger gooide men weleens olie op het water, bijvoorbeeld als er een sloep van een groot schip moest worden neergelaten in een woelige zee. Olie blijft op het water drijven en vormt daarop een dun, wat stroperig laagje. De wind krijgt zo minder vat op het water en kan dus moeilijker golven maken. De golven worden door de olie op zichzelf dus niet kleiner, maar de olie vermindert wel het aantal 'puntige' golven en golfjes."
 
Precies het tegenovergestelde van olie op het vuur gooien dus. Weer wat geleerd. Zou het slecht zijn voor het milieu als ik de volgende keer als ik moet varen heel veel zonnebloemolie in de zee gooi?

Snikken, zingen, schrijven

Afgelopen week was fantastisch. Ongeveer letterlijk. Want er zijn vast wel mensen die fantaseren over een huis vol rocksterren, en dat dat dan jouw huis is, en dat ze daar graag komen (of de moeite nemen om dat goed te acteren), en dat je erbij bent terwijl ze nummers laten groeien (en slechte grappen maken).

Het gebeurde en ik was erbij. Ik hoefde niet ergens anders te zijn of iets anders te doen. Ik genoot. En ik realiseerde me dat ik dit nog heel veel langer wil. Niet per se die sterren in huis, maar wel dat het kan en dat ik erbij kan zijn. Dat of iets heel anders. Ik heb me daarom voorgenomen iets serieuzer met m’n leuke dingen waar ik geld mee kan verdienen bezig te gaan. Elke dag schrijven en publiceren. Het lijkt me leuk. En ik heb me voorgenomen ook wat meer aandacht besteden aan hoe ik daar dan echt geld mee kan verdienen. Ik moet er ongeveer 1.000 keer zoveel mee verdienen als nu. Ik weet niet eens of ik dat onmogelijk vind klinken of ‘huge maar misschien wel haalbaar’. Maakt niet uit, is leuk.

En wat die sterren bij ons deden? Snikken en grimlachjes zingen. 150 jaar geleden 'bij ons' gedrukt, nu bij ons opgenomen.

Met een zwart randje

Nadenken en zien

Nadenkend draai ik mijn hoofd naar rechts. Ondanks dat ik eigenlijk met iets anders bezig ben, dat nadenken namelijk, draai ik het zo dat ik om de jongen en de stoel waarin hij zit heen kan kijken. Ik zie het resultaat van een prachtige zonsopgang achter de wolken. Oranjerood kleuren ze, die wolken. Ik geniet. Ik had zomaar op weg kunnen zijn naar mijn werk, en dan had ik het ook zeker gezien. Waarmee ik maar wil zeggen dat, natuurlijk-natuurlijk, niet al mijn geluk aan mijn proefpensioen hangt. Geniet van je dag.

Mijn papa kan alles

Dat je met je vader bramen gaat plukken, net als vroeger. Dat je daarvoor in een koeienwei moet staan, maar dat de koeien helemaal aan de andere kant staan. Dat de koeien op een gegeven moment aan komen stormen.
Dat je vader zegt "Je bent toch niet bang voor koeien?!" Dat hij het vervolgens toch nodig vindt om je te beschermen en fanatiek met stokken begint te zwaaien naar de koeien, dat dat maar nauwelijks helpt en de koeien brutaal dichtbij komen (en dat hij dat ook wel vindt). Dat hij vervolgens dapper stand houdt tot je over het 'pikkedraad' bent geklomen en dat hij tot slot zijn eigen vege lijf redt.

Dan voel ik me dus weer een klein meisje met een heel stoere papa die alles kan.

Hoera, ik ben geslaagd!


Misschien hang ik zo de vlag uit, goed nieuws moet je vieren.
Zoals het hierboven staat, is het misschien een beetje raar. Het lijkt erop alsof ik een leven voltooid heb, dat klinkt wat verdrietig. Dat is dit niet. Het is een leuke, pittige en inspirerende cursus, met ruim voldoende wetenschap erin om mij tot en met het einde geboeid te houden. Ik ben blij dat ik hem gedaan en succusvol afgerond heb.

Het was voor mij een cursus in het kader: focus op wat je al best een beetje, of zelfs goed kan. Ik ben zo'n geluksvogel die gewoon veel geluk heeft en vaak gelukkig is. Ik heb toch of juist daarom veel geleerd (en bevestigd gekregen). Een nieuw hulpmiddel dat ik heb geleerd is bijvoorbeeld:

Als je streng tegen jezelf bent, omdat je vindt dat je iets niet goed gedaan hebt, vraag je dan af of je het ook zo zou zeggen tegen een goede vriend. 

Voor wie meer wil:
Coursera.org/learn/happiness
Als je dan toch iemand teleurstelt, kun je beter iemand anders teleurstellen dan jezelf.

Natte humor, een contaminatie

Huilen of in je broek piesen van het lachen, dat is echt humor. Humor schijnt namelijk van het Latijnse woord voor vocht te komen: 'umor'.

Van Dale: volgens de vroegere wetenschappelijke opvatting bepaalden de vier lichaamsvochten in hun onderlinge verhouding de toestand van de mens. Vandaar de middeleeuwse betekenis 'geestelijke toestand', dan 'humeur', en ten slotte in de 18de eeuw in onze betekenis; de h door volksetymologische associatie met humus.

(en dat allemaal in de gewone Van Dale)

Humorren

Humorren dat is op een grappige, aan-het-lachen-makende-manier klagen

Glimlach

Vanochtend integraal 'Snikken en Grimlachjes' gelezen terwijl de regen gestaag als één vloed langs het vensterglas gleed. Ik ben er een beetje poëtisch van geworden. En somber. (Ondanks de humor).
Ik heb de neiging om de gedichtjes te vervrolijken, om de weliswaar vindingrijke 'r' te vervangen door de 'l' (heel chinees) of liever nog de 'grim' door de 'schater'. Zonder pretenties, anders zou het gevaarlijk zijn.

Vlak voor ik op zoek ging naar het kortste gedicht, fietste een bekende barman voorbij. Toen ik het kortste gedicht gevonden had, resulteerde dat in:
Als ik een tapper zie fietsen,
   Dan slaat mij 't hart zoo blij.
Dan denk ik hoe hij ook weldra
   Een biertje tappen zal voor mij.
"Welke is het ook al weer Star Trek of Star Wars?"
"De kindjes in Afrika hebben Wars, wij hebben Trek."

Niet correct, helemaal niet. Maar net zo stigmatiserend als de honger. Gelukkig mogen we wel af en toe dorst hebben.

De beste wens

Afgekeken van en in reactie op het boek ‘Als je zo slim bent, waarom ben je dan niet gelukkig?’ Klik voor een korte toelichting.

In het eerste hoofdstuk van dat boek lees ik dat hoewel geluk voor de meeste mensen een heel belangrijk doel is, ze in de praktijk vrij consequent voorrang aan andere doelen geven. En zelfs als ze alles mogen wensen wat ze willen, vragen ze meestal niet om geluk. Wel vaak om een middel, iets waarmee ze dat geluk denken te kunnen bereiken.

Ik heb me jaren geleden een tijdje bezig gehouden met de vraag wat ik zou wensen als ik drie wensen of één wens mocht doen. Ik geloof niet zo in geesten. Maar ja, stel nou dat je er toch één tegenkomt die zegt je wens te zullen vervullen, dan zou het wel heel erg zonde zijn om  niet de beste wens te doen. En ik houd niet van zonde (wel van sommige zonden, maar dat is wat anders).
Misschien is die zoektocht naar de beste wens wel getriggerd door het liedje China in your hand van T’pau (1987). Ik zal de songtekst nog eens opzoeken. Het kan ook een ander liedje zijn. Want er zijn meer liedjes die daar over gaan. Maar dit was volgens mij voor mij de aanleiding. Ik hoorde het in een periode dat ik ontvankelijk was om na te denken over de beste wens. (Dat is ook nog iets om over na te denken, wat mensen je wensen als ze ‘de beste wensen’ tegen je zeggen.) Genoeg strips en tekenfilms ook trouwens, die je waarschuwen voor de gevaren van het mogen doen van wensen.

Anyway, ik was dus gewaarschuwd en wilde vooral weten wat ik dan wel moest doen, wat ik wél wilde wensen.

Eerst dacht ik dat m’n eerste wens zou moeten zijn, dat al mijn wensen uit zouden komen. Dan hing ten minste niet alles van die ene wens af, dan was de druk er een beetje af.
Maar al gauw realiseerde ik me dat ik dan ook terecht zou komen in waar juist voor gewaarschuwd werd: de kans was groot dat ik al een keer iets gewenst had dat consequenties zou hebben waar ik niet zo blij mee zou zijn.

De eerste aanscherping was daarom: dat al mijn wensen in de toekomst uit zouden komen. En meteen erachteraan ook maar: alleen wensen die geformuleerd waren volgens een bepaald stramien. Stel je voor dat een figuurljik bedoelde verzuchting geïnterpreteerd zou worden als echte wens. Dan zou ik waarschijnlijk veel spullen kwijt raken (ik wou dat al die troep hier weg was). Of stel je voor dat een korte onaardige gedachteflits te veel op een wens leek, dan zouden er af en toe zomaar wat mensen die ik even niet zo aardig vond in de lucht komen te hangen (Ach, vlieg toch op). Dat zou dan misschien wel grappig zijn. Maar ik  zou het toch moeten goedmaken met volgende wensen, en ik zag mezelf al continu bezig met het corrigeren van de ongewenste effecten van wensen. Vond ik niet wenselijk.

Ik dacht daarom na over de formulering van het begin van de wens die uit moest komen. Ik bedacht van alles. Echt een definitieve keuze maakte ik niet, omdat ik dacht dat ik er wel uit zou komen als het eenmaal zo ver was. Ik vond het genoeg dat ik had bedacht dat een toevallige gedachte of uitspraak niet als wens geïnterpreteerd moest worden. Het moest niet te simpel of veel voorkomend zijn, klaar.

Want hoewel ik van formuleren houd, dacht ik toch liever na over de ultieme wens. Want wat nou als de al-mijn-wensen-wens was uitgesloten in de reglementen van de wensenvoldoener? Dat kan je flauw vinden, maar als je zo’n groot cadeau krijgt, moet je niet al te kieskeurig zijn. En bovendien: als er een ultieme wens is, dan kun je daar beter mee beginnen, dat scheelt een hoop gewens.

Dit is dus allemaal al een tijdje geleden. Ik weet eerlijk gezegd niet meer hoe lang ik erover gedaan heb en hoe het precies ging, maar op een gegeven moment kwam ik bij de wens: Ik wil gelukkig zijn. Heel simpel en effectief. Daar gaat het uiteindelijk toch om.

Toen kwam de vraag op of ik ten koste van alles gelukkig wil zijn. Gelukkig is gelukkig. Ik moet er nu niet aan denken om op een zeilboot de wereld te moeten ontdekken. Maar als de wensenvoldoener de bezwaren voor me weghaalt (als hij zorgt dat ik nooit zeeziek word, dat ik mijn familie en vrienden niet mis, dat het nooit regent of dat ik juist kan genieten van de regendruppels op mijn huid en het dek, dat ik de weidsheid en de pracht van het water blijvend kan waarderen, kortom: als hij zorgt dat ik gelukkig ben op een boot, vind ik het best, heel best zelfs. 
Maar stel dat de wensenvoldoener me blind maakt voor andermans of de werelds ellende? Dat ik bijvoorbeeld gelukkig zou zitten zijn in een kasteeltje met allemaal mensen om me heen die keihard moeten werken voor een karig loon en onder slechte omstandigheden. Dat ik dat dan niet zie en vrolijk de maaltijd verorber die ze voor me hebben klaargemaakt met vlees van zielige, milieuvervuilende koeien, en dat ik de verwarming nog een graadje hoger zet, maar wel het raam open laat voor het mooie uitzicht? En dat ik me al helemaal niet bekommer om ellende in de rest van de wereld?

Dat wil ik dus niet. En dus heb ik sindsien, voor als er een wensenvoldoener langs komt, de wens paraat:

Ik wens dat iedereen gelukkig is en blijft, en dat dat niet ten koste gaat van wat om ons heen is.

Als ik het boek goed begrepen is geluk wensen een mooi eerste stapje. Dat vind ik dan weer fijn om me te realiseren, wat een geluk.

Lui en gelukkig

Blijkbaar is luiheid een reden voor veel mensen om geen geluk te wensen. Nou ja, ze wensen niet 'geen geluk', maar ze doen niet de wens 'ik wil gelukkig zijn' (of geluk hebben, ook nog interessant om op dat verschil in te gaan, voorlopig terzijde) omdat ze denken dat ze dan lui worden.

Ik vind het helemaal niet erg om lui te zijn. Als ik er maar niemand (inclusief mezelf) mee benadeel. Je zou nog kunnen denken dat je dingen mist doordat je lui bent, dat je meer zou kunnen bereiken als je niet lui bent, maar wat valt er meer te bereiken als je al gelukkig bent? Lui en gelukkig, niks mis mee, vind ik (en ben ik allebei best een beetje). Het is natuurlijk wel een kwestie van gelukkig blijven en misschien moet je daarom af en toe je luiheid laten rusten, maar per definitie kwalijk is het niet.

Afgekeken van en in reactie op het boek ‘Als je zo slim bent, waarom ben je dan niet gelukkig?’ Klik voor een korte toelichting.

"O, maar dat zijn kunstenaars"

Laat ik eerst even zeggen dat ik het leuk vind dat we kunstenaars genoemd worden. Ik voel me vereerd. Ik vind mezelf geen echte kunstenaar, ik wil ook echte kunstenaars niet voor het hoofd stoten, maar iemand anders zei het hè?

Voor ik in een discussie met mezelf beland (hoewel dat hip is sinds het songfestival) over wat echte kunstenaars zijn, het echte onderwerp:
Als je kunstenaar bent, 
mag er op je stoep gepiest worden.
Dat is natuurlijk niet zo, maar er zijn mensen die dat vinden.

Ik maakte een bordje om duidelijk te maken dat we niet willen dat er honden op ons terrasje piesen. Natuurlijk wil ik ook geen poep voor mijn deur. Dat gaat met de meeste hondenbaasjes goed. Maar piesen? Daarvan realiseren veel minder mensen zich dat dat eigenlijk ook niet zo fris is, een plasje tegen dat paaltje. Dat dat paaltje op de stoep voor ons huis staat, en dat dat een plek is waar wij willen zitten en kinderen willen spelen (op onze eigens stoep bij ons eigen paaltje), dat heeft niet iedereen op zijn netvlies. Soms heb je dingen gewoon niet door. Dus ik maakte een bordje. Ik vind hem best mooi.



Het bordje werkt best goed. Ik heb het idee dat er minder tegen het paaltje geplast wordt. Mensen maken er opmerkingen over. Meestal in de trant van dat ze het raar vinden dat andere mensen hun hond hier laten plassen. Zo ook vanmorgen. Een onbekende buurvrouw vertelde me dat ze laatst een hondenbaasje op het bordje gewezen had. Diegene had gereageerd met: "O ja, maar het zijn kunstenaars hè?" en had de hond zijn gang laten gaan.

Mensen blijven me verbazen, maar ik ben vooral blij met de onbekende buurvrouw die mensen aanspreekt en ons zo helpt om ons terrasje piesvrij te houden.

Zingeving

Ik schreef een blogje over zin maken. Nou ja, over dat ook als je met pensioen bent, vervelende karweitjes niet vanzelf gebeuren. Ik beschreef hoe ik het resultaat van het karweitje (opruimen) wel fijn zou vinden en hoe ik het voor mezelf leuk kon maken (met een lekker muziekje aan). En toen schreef ik: "ik heb er zowaar zin in gekregen".

Gekregen, dus gegeven. Ik heb niet alleen zin gemaakt, ik heb het ook nog aan mezelf gegeven. Zingeving daar heb je dus geen pastoor voor nodig (mag wel hoor).

Twee dames van hier

Het heeft iets dwingends zoals ze op de ruit van de deur tikt. Even daarvoor heb ik haar tegen de bestuurster van de auto waar ze uit is gekomen een 'hier-is-het-gebaar' zien maken. Ik vroeg me direct af wat ze dacht dat hier zou zijn en vraag het me nog steeds af nu ze tegen me staat te praten. "Ik heb twee dames van hier ontmoet op een markt en ik heb een vriendin met een doos kwalitatief goede Engelse boeken en ..." "Ehm, wat bedoelt u 'dames van hier'?" "Nou, gewoon op een markt. Misschien was u er wel bij!" Geen spoor van onzekerheid en ik zou me zowaar nog schuldig kunnen gaan voelen dat ik het me niet meer kan herinneren. Maar gelukkig weet ik behoorlijk zeker dat er geen "dames van hier" zijn en dus vertel ik haar dat ik hier woon.

Ze moet lachen en zegt sorry, maar het dwingende verdwijnt niet uit hoe ze op me overkomt. "Misschien weet je wel wat ik bedoel dan." Het Schiedams Boekhuis?" probeer ik. "Nee" zegt ze, en ik hoor er "natuurlijk niet" bij. "O, " zeg ik, "misschien bedoelt u dat zaakje op de Dam. Die hebben tweedehands boeken voor een goed doel." "Ja," zegt ze, en weer voel ik me alsof ik een opdracht krijg als ze vraagt zonder vraagteken hoe ik zei dat het heette. "Eh," dat zei ik niet, "dat weet ik niet." "Ongeveer op de helft," zegt ze. "Nee, meer aan deze kant." Ik zeg nog iets over dat ze er zo is, als ze over de brug loopt. Maar nee, de doos is te zwaar. Ze loopt al naar de auto. 

Ik duw bedachtzaam de deur in het slot en vraag me af wat me nou zojuist gebeurde. Ze was niet onvriendelijk, absoluut niet. Maar wel dwingend dus en ik merk dat ik het niet prettig vond, wel doortastend, dat wel. En leerzaam, food for thought, en daar houd ik dan wel weer van.  

Kleur bekennen

Ik ga mijn boeken sorteren op kleur. Dat moet haast wel binnenkort gebeuren. Eerst bleek het tijd om ze om te draaien. Ik kon bedenken hoe dat eruit zou zien, en wilde het zien. Ik zie rust en meer kleur dan verwacht. Mooi, vind ik.



En pas later realiseerde ik me dat boeken voorwerpen zijn, die meer informatie over zichzelf geven als ze je de rug toekeren. Soms is dat ook bij mensen zo trouwens. Op de rug gezien, zie je beter hoe het met de schouders is: opgetrokken, neerhangend of ontspannen.
Toch ziet dit er open uit. 'Lees mij', lees ik.

Hoe heet het? Buik, snede. Voldoet niet. Ik moet bij 'boek' helaas ook vaak denken aan 'de stapel faxen' van Youp van 't Hek. Denigrerend, zo wil ik een boek nooit noemen. Het gebeurt toch. Verticale stapel. Rijtje, wolkenkrabber, kolom. Binnenwerk, body, lichaam. Lichaam dan maar, voorlopig.

Ik heb al een boek ... geschreven

Jaaaaa, ik heb een boek geschreven. Vind ik best wel cool dat ik dat gedaan heb, en het was ook leuk om te doen. Toch vind ik het ook best wel spannend om er 'live' mee te gaan, en het te verkopen. Maar het is een leuk en interessant boekje geworden, al zeg ik het zelf. (En gelukkig hoor ik dat ook van eerste lezers.) Gaat dat zien (en bestellen als je nieuwsgierig bent):

Koperdiefstal

Mijn opa had een boerderij en haalde melk op bij andere boeren voor de fabriek. Na het ophalen moest de melk zo snel mogelijk gekoeld worden. Opa gebruikte daarvoor zinken teilen. Hij vulde ze met water en zette de ijzeren melkbussen erin. Ging goed. Opa tevreden.

Oma niet. De teilen waren namelijk bedoeld om kinderen en kleren te wassen. Mijn vader en zijn broers en zussen konden wel tegen een roestplekje, maar de was niet. Roestvlekjes op je kleren vond mijn oma no-go. Alle vlekken trouwens, en ze zal er een andere term voor hebben gebruikt. Schande of zoiets.

Oma kreeg koperen ketels om te wassen. Ik denk eigenlijk dat oma ze zelf gekocht heeft of ten minste afgedwongen heeft. Niet dat ik haar zo goed ken, ik was acht of negen toen ze overleed. Maar mijn beeld van haar is dat ze een liefdevolle, trotse en daadkrachtige vrouw was.

Oma regelde dus koperen ketels. En deed er haar was in. Eind goed, al goed. Tot die keer dat ze het wasgoed op het erf vonden. De was had staan weken. Mijn oma zorgde altijd erg goed voor haar textiel en de kwaliteit was goed. Toch waren de dieven er niet in geïnteresseerd. Het ging om het koper. Koperdiefstal.

Feitjes delen: Uitvinding auto

Carl Benz bouwde in 1885 de (driewiel)auto uitgerust met een benzinemotor. Dit voertuig was de start voor de ontwikkeling en doorbraak van dit type verbrandingsmotoren.
Daarvoor waren er auto's die op waterstofgas reden en daar weer voor (en ook een beetje parallel) waren er stoomauto's.

bron: wikipedia

Een taalspelletje met de rekenregels

Meneer Van Dale heeft meer met taal dan met rekenen. Als het over taal gaat, heeft hij meestal het antwoord wel. Maar, als het over rekenen gaat, moest hij op antwoord wachten. Moest, want hij heeft blijkbaar antwoord gekregen. Of hij had geen zin meer in het wachten. Hoe dan ook, het ezelsbruggetje geldt niet meer. Al sinds 1992 niet meer. Omdat computers er niet mee om konden gaan, of zoiets.

Er zijn nieuwe regels. Ik vind ze (net als de vorige) nogal makkelijk te onthouden. Je begint met het moeilijkste -dan heb je dat maar alvast gehad- en daarna het moeilijkste wat nog over is, oftewel het 1-na-moeilijkste. Je eindigt met het makkelijkste. En bewerkingen die tegengesteld zijn aan elkaar zijn gelijkwaardig.
En natuurlijk hebben haakjes voorrang. Dat zijn een soort zwaailichten met sirenes.

Dus:
  1. Haakjes
  2. Machtsverheffen en Worteltrekken
  3. Vermenigvuldigen en Delen
  4. Optellen en Aftrekken
Er zijn al ezelsbruggetjes voor. Volgens mij heb je die eigenlijk helemaal niet nodig. Maar ik heb toch leukere bedacht (al zeg ik het zelf):
Het Wachten, Meneer, Dat Vrat Aan Ons.
Het Wachten, Meneer Van Dale: Over Afgelopen! 
Het Was Meneer Van Dale Allang Onverschillig. 
Hij Wilde Meneer Van Dale Onmiddellijk Antwoorden. 
Helaas komt de gelijkwaardigheid er niet in naar voren, maar over die sloot kun je wel springen zonder bruggetje lijkt me.

Zo, nu heb ik een antwoord iedere keer als er op fb weer zo'n simpel rekensommetje langskomt. Leukere ezelsbruggetjes hoor ik graag.
"... dat de spelling een aangelegenheid is, waarvoor in het algemeen slechts een zeer geringe belangstelling bij het Nederlandsche volk bestaat."

De redactie van mijn geliefde encyclopedie stond, ongeveer halverwege de serie, voor een dilemma: oude spelling handhaven of overgaan op de nieuwe? Ze besloten hun klanten mee te laten beslissen. In deel VII stopten ze een briefkaart met de vraag welke spelling de voorkeur genoot. In deel VIII zat onderstaand inlegvel.

Ik stuitte erop op zoek naar Halley, ook een geweldige figuur, maar dat is nu off-topic.

De oude spelling was de 'spelling-De Vries en Te Winkel' in Nederland ingevoerd in 1883, maar al zo'n twintig jaar eerder ontworpen voor het WNT (Woordenboek der Nederlandsche taal). De nieuwe spelling 'spelling-Marchant' werd ingevoerd in 1934 en was het resultaat van de zoektocht naar een compromis tussen de Nederlandse spelling en de spelling van Zuidelijk Afrika (spelling-Kollewijn).

Deel VIII, het deel met het inlegvel is uit 1935.
Ze hebben de oude spelling gehandhaafd. Ondanks of misschien wel door de lage respons concludeert de redactie: "Het blijkt dus uit deze lijst, dat de aandrang tot spellingwijziging voornamelijk van onderwijskringen uitgaat en dat in de maatschappij zelf daarvoor nauwelijks eenige belangstelling bestaat."

Verder opmerkelijk om te zien:

  • dat Artsen, Advocaten en Predikanten op een hoop gegooid worden (en dat ze @$#!! boven de ingenieurs staan, maar daar staan ingenieurs dan weer boven, die doet dat niets, echt niet ;)
  • dat Nederlanders het onderling oneenser zijn dan Belgen;
  • dat de Belgische ingenieurs vooruitstrevender zijn dan de Nederlandse, tenminste wat betreft spelling. Het geldt trouwens voor alle beroepsgroepen behalve bij het (hoger) onderwijspersoneel;

(Naast het inlegvel heb ik Wikipedia geraadpleegd. Ik heb de info die ik daar vandaan heb gehaald niet gecheckt.)





Een Engels in plaats van pools zwembad

Ben voor mijn zus een zwembadbouwer aan het zoeken. Ik klik wat af. En heel vaak denk ik bij een pools bedrijf terecht te zijn gekomen. 'O nee, het is Engels.'

De miljarden van den beginne

In den beginne is 13,8 miljard jaar geleden. En in den beginne was er niet god maar een proton. Of god was een proton. Samengeperst tot één miljardste van zijn omvang. Dat kan eigenlijk niet, of je kunt het je in ieder geval niet voorstellen, maar ja, het was god hè? En er waren materiedeeltjes. En hoewel ze het in de bijbel hebben over scheiden van allerlei dingen, zaten die materiedeeltjes samen met het samengeperste proton in een ruimte die nog kleiner was dan dat samengeperste protontje.

En toen was er een oerflits, een oerontploffing, een oerknal, you name it. En toen is het dus begonnen. 13,8 miljard jaar geleden. Direct daarna is het van klein heel groot (miljoenmiljard km) geworden en ook heel warm: 10 miljard graden.

Een miljard is 1.000.000.000 (9 nullen) oftewel 1.000 keer een miljoen.



Ik heb weer eens zitten lezen in Een kleine geschiedenis van bijna alles van Bill Bryson. Dit keer de kinderversie. Ik heb ook gegoogeld. De 13,8 komt van allesoversterrenkunde.nl.

Hooglerares geleerdheid

"Hooglerares geleerdheid" hoor ik Maaike van Goedemorgen Nederland zeggen.

Ik zit niet echt op te letten, ben iets anders aan het doen, maar dit valt me op. Hooglerares? Geleerdheid? Dat zal het niet geweest zijn, even nadenken en reconstrueren. Ah: "Hoogleraar rechtsgeleerdheid" dat moet het geweest zijn.

Laat maar weer zien hoe belangrijk goed luisteren en duidelijk articuleren is voor communicatie. Maar ik vind dit soort 'verhoringen' altijd weer leuk. Net als vroeger bij het fluisterspelletje.
Het lijkt mij al zo lang leuk om zo'n shirt te dragen dat winkels tijdens de uitverkoop hun etalagepoppen aantrekken. Gewoon omdat je het dan uit z'n context haalt, terwijl je het gaat gebruiken waar een t-shirt nou eenmaal voor is. Maar om nou met "Sale" op mijn boezem te gaan lopen, vind ik ook weer zo wat. Het kan makkelijk geïnterpreteerd worden op een manier die ik niet bedoel.

Afbeeldingsresultaat voor sale shirt

Onversaagd, een man uit één stuk

Culpabiliseren

Culpabiliseren betekent in een kwaad daglicht stellen. Wat me dan weer doet denken aan de uitdrukking 'dat kan het daglicht niet verdragen'. Kan zoiets dan wel kwaad daglicht verdragen? En wat is kwaad daglicht?

Hoe dan ook, je kunt iets beter in een blij daglicht stellen.

Culpabiliseren kwam ik tegen in een online artikel in De Morgen over de omgeslagen moraal in de Islam tegenover homo's.

Ik had nog nooit van het woord gehoord. Toch kent volgens het Centrum voor Leesonderzoek 26% van de Nederlanders dit woord (bron). Zij halen die informatie uit een test. Leuk om te doen. Je moet even wat invullen, maar alles voor de wetenschap. Ze schatten dat ik 90% van de Nederlandse woorden ken. Ik denk dat ik de test niet nog een keer ga doen. Dan scoor ik vast lager en ik vind dit wel een mooie score. Aan de andere kant: je leert er wel van. Wist je dat een peluw een kussen is?